zaterdag 12 november 2011

Koha-workshop: mijn indruk

Gistermiddag nam ik deel aan de Koha-workshop van Kohala. Een eerdere kans, in september, glipte me door de vingers omdat ik die op het moment suprême vergat, dus ik was blij met de herkansing. Muziek Centrum Nederland (MCN) fungeerde - in de persoon van Paula Quint - als gastheer, maar het kersverse bedrijf Kohala organiseerde de workshop.
Koha (Maori voor het proces van schenken) is een web-based open source bibliotheekpakket, 10 jaar geleden geschapen door de Nieuw-Zeelandse softwareontwikkelaar Chris Cormack. Inmiddels is het wereldwijd verspreid met zwaartepunten in de VS en Frankrijk. In Nederland gebruiken slechts drie instituten de gratis software. Kohala vult de leemte op door een basispakket aan te bieden dat voorziet in projectbegeleiding, installatie, implementatie en ondersteuning van deze bibliotheeksoftware. Mede omdat Koha-gebruiker MCN - net als mijn werkgever Muziekbibliotheek van de Omroep - bladmuziek catalogiseert was mijn interesse gewekt. Wat Paula, Annemieke Jurgens en Ward van Wanrooij (beiden Kohala) vertelden klonk mij als muziek in de oren, al besef ik terdege dat het slechts het eerste gehoor betreft.
De overtuigendste pre is natuurlijk het feit dat Paula vertelde dat MCN er - met veel hulp van het Franse BibLibre - in slaagde de database van Donemus (en 12 andere databases/bestanden) met succes te converteren naar het nieuwe systeem. Dat is vertrouwenwekkend aangezien bladmuziek qua catalogisering speciale eisen stelt aan een bibliotheekpakket en omdat de catalogiseerwijze en de gegevensstructuur sterk lijken op die bij ons in de MCO-MB.
Koha gebruikt het MARC 21- (of het UNIMARC-)format wat uitnodigt tot het hanteren van een hoge catalogiseerstandaard. Het is daarmee klaar voor de in 2013 voorziene RDA-switch. Om internationale metadata-ontlening of -uitwisseling eenvoudig te maken is het Z39.50-protocol in het pakket geïntegreerd.
Paula en Ward toonden in hun presentaties onder andere de applicatiebeheersmodule die veel mogelijkheden herbergt. Koha werkt niet op een standalone pc, maar vereist een (Linux) webserver. De configuratie van de software is geen lekenwerk. Voorafgaand aan de implementatie van de software dient zeer goed te zijn nagedacht over de te gebruiken (sub)velden en de indexering.
Ik besloot de mogelijkheid om Koha zelf actief te ontdekken uit te stellen tot het moment waarop ik de 'sleutel' krijg tot de Kohala-proefomgeving. Zodoende kon ik Paula nog even spreken over de zorgwekkende situaties waarin onze werkgevers verkeren. Dit is niet het moment voor de Muziekbibliotheek van de Omroep om in nieuwe software te investeren, maar wie weet wat de toekomst brengt...

Deze tekst verscheen eerder op Bibliotheek 2.0

Geen opmerkingen:

Een reactie posten